Als je iets wil kopen dan kan je één keer per week (grote steden iets vaker) naar de lokale markt. Hier vind je een verzameling van producten die worden aangeboden. in de economie spreken wij van een markt als er van een product sprake is van vraag en aanbod. Een lokale markt kan je bezoeken en zie je dus van wie er aanbod (de marktkooplui) en vraag (de bezoekers op de markt) is, dit noemen wij een concrete markt. Sommige producten hebben wel vraag en aanbod, maar niet met kraampjes of winkels, wij spreken dan van een abstracte markt. Deze markt kan je niet bezoeken, maar bestaat uit vraag en aanbod. Bijvoorbeeld de automarkt, woningmarkt of oliemarkt. Als twee producenten een soortgelijk product aanbieden dan zijn ze concurrenten van elkaar, voordeel voor de kopers is dat concurrentie zorgt dat de prijs laag blijft. Om hun product aantrekkelijk te maken zullen ze dus goed letten op hun kosten om het zo goedkoop mogelijk aan te bieden. Het marktaandeel van een producent verteld hoeveel procent zij van de totale markt beheersen (oftewel hoeveel procent van deze producten uit hun fabriekshal komt). Dit behandelen wij deze les.
Lesdoel
Intro
Wat levert deze les jou op?
- Je kunt het verschil tussen een concrete en abstracte markt uitleggen.
- Je kunt uitleggen hoe de wet van vraag en aanbod werkt.
- Je kunt met een vraag- en een aanbodlijn de evenwichtsprijs en evenwichtshoeveelheid bepalen.
- Je kunt een vraaglijn en een aanbodlijn in een grafiek tekenen.
- Je kunt met een marktaandeel de afzet (of omzet)
berekenen.
Uitleg theorie
Refresh your mind!
Nieuwsgierig voor de les en wil je de begrippen al eens beluisteren, kijk dan het Pincode filmpje.
Natuurlijk kan je ook na (of voor) de les de uitleg nog eens bekijken.
Begrippen in beeld
Zelfstandig of samenwerken
Planning
Les 1 – maken de basisopdrachten van deze paragraaf en nakijken (maak de herhalingsopdrachten)
Les 2 – maken deel van de rekenopdrachten, plusopdrachten en de examentraining
Rekonomie
Afschrijving berekenen
Afschrijving is de jaarlijkse waardevermindering van je kapitaalgoederen. Door gebruik en slijtage worden kapitaalgoederen zoals machines en voertuigen elk jaar iets minder waard. Net zolang totdat ze niet meer waard zijn. Daarom legt een ondernemer een deel van zijn winst vast als afschrijving en vermindert hij in zijn boekhouding de waarde van elke machine en voertuig.. Van deze afschrijvingen kan hij dan weer een nieuwe machine of voertuig kopen. Gelukkig zijn de machines en voertuigen vaak nog wel iets waard aan het einde van hun gebruiksperiode, dit noemen wij de restwaarde.
Afschrijving per jaar = (aanschafprijs – restwaarde) ÷ aantal gebruiksjaren